Achter dit pseudoniem ging de
Maastrichtse pater Bruno van der Made schuil.
-
Geboren op 04 Januari 1923 in Surabaja, Indonesië
Overleden op 14 April 2001 In Maastricht
Broeder Bruno overleed in zijn congregatie,
de broeders van de onbevlekte ontvangenis van Maria.
De vader van de twee beroemde kabouters werd 78 jaar oud.
Naast 'Wipneus en Pim' schreef de man veel geleerde boeken en artikels.
Van de bijna veertig delen van de reeks
werden vier miljoen boeken verkocht.
Van Wijckmade is daarmee de succesvolste
Nederlands Limburgse auteur aller tijden.
Van Wijckmade schreef wel niet al die boekjes zelf.
Maar liefst zes broeders uit zijn congregatie
hebben het werk van hun overste verder gezet
zij hielden het Van Wijckmade pseudoniem aan,
maar voegden steeds hun eigen voorletter toe.
Daarom heet de auteur afwisselend
B.J. van Wijckmade (broeder Jo),
B.G. van Wijckmade (broeder Gregorio) enz.
Bruno van der Made deed zijn eerste professie
in de Congregatie F.I.C. op 15 augustus, 1942.
Hij gaf aanvankelijk les op de lagere school.
Daarnaast behaalde hij aktes Frans, Duits en Engels.
Hij studeerde af in de Nederlandse taal en letterkunde.
Van der Made begon als leraar in het basisonderwijs en
werd na een klein aantal jaren benoemd tot docent aan
de kweekschool van de congregatie in Amsterdam.
In 1957 werd hij directeur van de
Maastrichtse kweekschool van de congregatie.
Na zijn lidmaatschap van het generaal bestuur
werd hij op het kapittel van 1970 gekozen tot
generaal overste van de Kongregatie van de broeders van
de onbevlekte ontvangenis van de heilige maagd Maria.
Die functie vervulde hij twaalf jaar.
Daarna was hij als voorzitter van diverse commissies en
werkgroepen zowel binnen als buiten de congregatie actief.
B van Wijckmade schreef de 1ste 6 boekjes
•Prins Wipneus en zijn vriendje, 1948
•Wipneus en Pim gaan op reis, 1949
•Wipneus en Pim bij de rovers, 1950
•Wipneus en Pim op Muggeneiland, 1951
•Waar is Prins Wipneus?, 1952
•Wipneus en Pim bij Snuffelbaard, 1953
In 1985 is het laatste deel verschenen.
Een groot gedeelte van de eerste edities is herschreven
vanwege de vele ‘discriminerende passages’.
In deel één, ‘Waar is Prins Wipneus’ komen zwarte kabouters voor.
Ze zijn pikzwart, ze deugen niet en iedereen is bang voor deze kabouters.
In latere edities worden deze zwarte kabouters
vervangen door ‘snuffel-kabouters’.
In ‘prins Wipneus en zijn vriendje’ komt tovenaar Balbos voor.
‘Hij droeg een lang vuurrood kleed en
had een geweldige vuurrode hoed op.
Zijn gezicht was zwart als roet; net als een neger!
Brr.. om er kippevel van te krijgen.’
In latere edities is de tovenaar blank
en zijn ook alle tekeningen van tovenaar Balbos vervangen.
Zelfs de zwarte matrozen zijn allemaal blank geworden.